Nataal - editie 50
58 NATAAL .nl ???????? INLEIDEN ZONDER NOODZAAK Het aantal ingeleide bevallingen stijgt in Australië veel harder dan in Nederland. Maar liefst 45 procent van de primiparae werd ingeleid in 2018, ten opzichte van 25 procent in 2008. In dezelfde periode steeg het percentage in ons land van 21 naar 24. “Wereldwijd zie je deze stijgende trend”, aldus De Jonge. “De vraag of dat gevolgen heeft voor moeder en kind is dus heel relevant.” Peters selecteerde voor de data-analyse alle vrouwen tussen 20 en 35 jaar met een a terme, ongecompliceerde zwangerschap. Vanaf een zwangerschapsduur van 37 weken vergeleek ze per week de groep die zonder medische redenen werd ingeleid met de groep die een spontane bevalling had. Daarbij werd ook meegenomen of het om een eerste of volgende bevalling ging. De uitkomsten wezen volgens Peters in een duidelijke richting. “Vijftien procent werd ingeleid zonder medische indicatie. In deze groep zagen we dat vaker interventies plaatsvonden, zoals een kunstverlossing, meer episiotomieën en rupturen”, vertelt ze. “Maar voor (sub)totaalrupturen was dat juist minder vaak en vrouwen die al eerder bevielen hadden minder vaak een spoedkeizersne- de.” Bij de kinderen kwamen asfyxie, ademhalings- problemen en reanimaties op korte termijn vaker voor dan bij de spontaan geboren kinderen. Op langere termijn werden meer infecties waargenomen. Goed afwegen De Jonge benadrukt dat dit type onderzoek geen causale verbanden aantoont, daarvoor is aanvul- lend onderzoek nodig. “Ik noem het weleens een hypothese-genererende studie”, zegt ze, “een studie die veel nieuwe vragen oproept. Want waar worden de slechtere uitkomsten bij de kinderen nou precies door veroorzaakt? Is dat omdat het kind niet volledig ontwikkeld is of zijn het factoren die met de inleiding zelf te maken hebben? Bovendien zien we in randomized controlled trials over de effecten van inleiden soms andere uitkomsten. Hoe komt dat?” Peters wil het onderzoek sowieso graag met Nederlandse data herhalen. De context is in ieder land immers verschillend. “Ik ben al bezig met de voorbereiding daarvan”, zegt ze. “Het is natuurlijk interessant of we buiten Australië vergelijkbare resultaten zullen vinden.” WHO De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) adviseert al enkele jaren om niet in te leiden vóór de 41e week, wanneer een medische indicatie daarvoor ontbreekt. Deze nieuwe onderzoeksresultaten ondersteunen dat advies en beide onderzoekers vinden het daarom belangrijk hun zorgen te uiten. De Jonge: “Onze belangrijkste boodschap is: weeg goed af of een inleiding echt nodig is en bedenk dat iedere interventie ook nadelen met zich mee kan brengen. Natuurlijk is inleiden soms nodig en levensreddend, maar het zou best kunnen dat we de medische criteria onbewust iets hebben opgerekt. Denk bijvoorbeeld aan het inleiden omdat de baby te groot is, terwijl we eigenlijk niet heel goed zijn in het inschatten van de omvang. Ook in Nederland moeten we kritisch blijven kijken naar de interventies die we doen.” n Meer over het onderzoek: Dahlen HG, Thornton C, Downe S, et al. Intrapar- tum interventions and outcomes for women and children following induction of labour at term in uncomplicated pregnancies: a 16-year population- based linked data study. BMJ Open 2021;11:e047040. doi:10.1136/ bmjo- pen-2020-047040
RkJQdWJsaXNoZXIy MjA3NTA1